De oude parochiekerk werd in 1648 in beslag genomen. Openlijke katholieke geloofsuitingen werden verboden. De gelovigen bouwden een schuurkerk (schuilkerk), die er simpel uitzag zoals een boerenschuur. Deze stond op het huidige kerkplein, rechts naast de pastorie en dus links naast de huidige kerk.
In 1799 kwam de oude parochiekerk (op de plaats van het huidige Dorpshuus) weer in katholieke handen. Dit gebouw was echter niet meer dan een ruïne. Het kerkbestuur koos er dan ook voor om de tijdelijke schuurkerk te blijven gebruiken.
Maar ook dit gebouw had door de vele belegeringen van vestingstad Grave veel te lijden gehad. Zo brandde de schuurkerk in 1794 volledig af maar werd herbouwd.
In 1809 maakte Koning Lodewijk Napoleon een rondreis door Brabant. Op 14 april 1809 bezoekt hij Escharen. De Schout en de Pastoor leggen bij Lodewijk Napoleon het verzoek neer om een toren aan de kerk te mogen bouwen. Eind april krijgen ze te horen dat de Koning hiervoor het Gemeentebestuur f 1200,- schenkt.
Alle rekeningen van deze bouw bevinden zich nog in het archief van het BHIC. Zodoende weten we ook dat de nieuwe toren voor de schuurkerk is gebouwd, dus aan de straatzijde. Als in 1864 de huidige kerk gebouwd is, wordt de schuurkerk met toren gesloopt.
De fundering van de oude schuurkerk met de kerktoren uit 1809 waren dus nu, mei 2021, weer even zichtbaar in het dorp. Inmiddels is deze vondst weer verdwenen onder het zand.
Kijk ook op: Koning Lodewijk Napoleon
en Kerkgebouw